Van achter zijn rug toverde hij een pistool tevoorschijn. De man met de kap had hem hier naar toe gehaald om hem te kunnen vermoorden enkele dagen voor de gelukkigste dag van zijn leven. ‘Waarom nu?’ dacht Tom bij zichzelf. Er volgde een schot. Hij dook weg maar er was geen ontkomen meer aan. Hij zag zijn dood dichterbij komen en had het gevoel dat alles even stilstond.
Toen schoot hij wakker. Het was allemaal een droom geweest. Hij zat te trillen in zijn bed en zijn vrouw lag niet bij hem. Ongeduldig stond hij op en ging op zoek naar een glas water en zijn vrouw. Toen hij juist de kamerdeur wilde uitstappen kwam zijn vrouw hem tegemoet. ‘Waar was je?’ mompelde Tom slaapdronken. ‘Ik was een glas water voor je gaan halen. Ik dacht al dat je zou wakker worden, je riep en lag de hele tijd beven.’ Zei Inge. Ze gingen terug in bed liggen en op dat moment besefte Tom dat de vrouw waar hij over drie dagen met ging trouwen echt de vrouw van zijn leven was en dat hij de gelukkigste man op aarde was.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten